zondag 4 januari 2009
We moeten het hebben over nationaal gezamenlijk publiek-privaat ondernemen, gericht op het aangaan van de internationale concurrentie. Dat is economisch noodzakelijk: we zijn geen Belgie, we hebben een grote, rijke, open internationale economie. Dat is politiek noodzakelijk: de hele middenklasse is ongerust over zijn toekomst en bezit. De verkeerde politieke antwoorden doen zich nu ook voor. Te weinig vernieuwend en ongevaarlijk: terugvallen op beter polderoverleg maar met handhaving van alle oude rollen en bestuurlijke posities (min of meer de strekking van het artikel van Balkenende in FD). Te provinciaals: ga maar slapen achter de dijken, we hebben goede sociale voorzieningen (iedereen weet dat die horen bij de rijkdom die juist ter discussie staat). Te ideologisch: het ligt allemaal aan het kapitalisme, meer insnoeren, meer controleren, meer toezicht (min of meer de reactie ter linkerzijde). Dat laatste zal net zo iets zijn als ons nationale milieu heel streng aanpakken, maar niet kunnen verhinderen dat de vervuiling van elders hier binnenwaait en - stroomt. Tevens ondermijnt het op den duur toch weer onze welvaart: ambtenaren kunnen zaken wel tegenhouden en controleren, maar niet creƫereen en veroveren. Het zal harder, scherper, innovatiever moeten. Paul Schnabel zei in diverse interviews: "We zullen harder moeten lopen om op dezelfde plaats te blijven." Ik zeg: we zullen elkaar harder en eerlijker moeten aanpakken om de internationale slag aan te kunnen.
<< Home