zaterdag 2 januari 2010

Echt leren van debacle Noord/Zuid lijn cruciaal

Er ligt een zeer gedegen, analytisch vlijmscherp en tegelijk onthutsend rapport van de enquête commissie Noord/Zuidlijn. Hulde, zowel voor de rapporteurs als voor de gemeenteraad die deze enquête wenste. Het voegt heel veel meer toe aan ons inzicht wat hier fout ging. Aan het rapport Veerman van juni 2009 hadden we niet zoveel, omdat het veel te politiek van aard was en overduidelijk erop uit om aan te tonen dat het project door moest. Nu goede lessen trekken is voor heel Nederland van belang. In ons manifest meenden we nog dat het Nederlands bestuurlijke circuit niet meer de wil heeft om grootse zaken ook groots aan te pakken. Inmiddels denk ik dat het nog erger is en dat het de competentie daartoe mist, we kunnen het niet meer. Dit falen in het openbaar bestuur komt veel meer voor, dan is het goed dat een van de grote recente cases nu eens tot op het bot is uit geanalyseerd. Voor het trekken van die lessen helpt het dan niet als te snel in oude groeven wordt gereageerd. Wat dat betreft tekent zich een Amsterdams spin offensief af: Adri Duijvenstein (NRC) en Hans Wansink (Volkskrant) die het meteen gooien op de overvloedige uitbesteding van taken aan externe adviseurs. Dat is nu net niet te lezen in dit rapport: het zijn juist de externe adviseurs die voortdurend onafhankelijke audits doen, adviezen opstellen en tijdig waarschuwen voor alle fouten: gebrek aan risico- inschatting, gebrek aan budgetbeheersing, gebrek aan inhoudelijke kennis in het apparaat. Die adviseurs lijken de meest trouwe bondgenoten van het bestuur, meer nog dan het zwak georganiseerde ambtelijk apparaat. Zij lijken ook de enige die echt in staat zijn tot 'speaking truth to power'. Het college creëert in de eigen dienst alleen maar volgers en uitvoerders, geen onafhankelijk experts. Die moet je dan ook inkopen. Naast het feit dat dit soort gigantische projecten een expertise vragen die de gemeenten nooit al die tijd in huis en op peil kunnen houden. Waar ikzelf al bang voor was, lees ik hier terug: alle structurele interfaces zijn inmiddels zwak: tussen bestuur/ambtelijke top, tussen ambtelijke dienst/externe managers, tussen gemeente als opdrachtgever/private uitvoerders. Twee hoofdconclusies tekenen zich af: het politiek bestuur luistert niet naar zijn adviseurs en niet naar private partijen met marktkennis en de ambtelijke top is stuck in the middle: ze zijn geen onafhankelijke, deskundige beleidsadviseurs meer en al helemaal geen goede managers. Het doet me allemaal nog het meest denken aan de cultuur van een hofhouding, dat wilde Weber met zijn visie op een eigenstandige ambtelijke kaste nu net doorbreken! Het primaat van de politiek is verworden tot de arrogantie van de politiek. Het rapport is echt voer voor iedereen die zich, net als ik, zorgen maakt over de uitvoeringskracht van het openbaar bestuur en over publiek private samenwerking. Verplichte leerstof in alle leergangen.