maandag 28 mei 2007

Interview met Harry Starren

In het weekend van 1 april 2007 werd een interview met mij uitgezonden voor BNR in de reeks 'Harry Starren in gesprek met..'. Harry en ik kennen elkaar al heel lang, vanuit een gedeelde en brede interesse in wat er in de publieke sector en in management aan de hand is. Hij heeft dat ingevuld vanuit zijn directeurschap bij De Baak en vele lezingen over managementtrends. Ik heb dat gedaan via mijn vennootschap bij Boer&Croon en vele lezingen over allerlei trends in publieke sectoren als zorg, energie, volkshuisvesting, overheidorganisatie e.d. Toch konden we elkaar over de microfoon in de studio nieuwe vragen stellen en nieuwe nuances in de antwoorden vinden. Met name de mechanismen achter de ontwikkelingen in de PvdA en de verschuiving van mijn positie daarin intrigeerden hem (en mij) in dit gesprek zeer. Eerst was daar mijn intensieve bestuurlijke betrokkenheid bij de PvdA in de periode 2001-2005, waarin we vanuit diepe droefenis door goed beleid en bestuur terugkwamen in de electorale waardering en waarbij ook mijn advies over het zorgstelsel ons weer terug bracht in dat debat. En dan nu weer een heel andere constellatie, ook voor mij, na de verkiezingnederlaag en het weer regeren. Kort na deze radiouitzending stortte de PvdA verder in door de uitzending van de Wouter Tapes en de crisis rond het nieuwe partijbestuur en zijn voorzitter. Het lijkt allemaal zo ontzettend gemakkelijk op en neer te jojo-en. Succes uit het verleden zegt helemaal niks over resultaten in de nabije toekomst. Dit is echter niet alleen inherent aan 'de politiek'. Het ligt ook aan de manier waarop de PvdA (niet) met consistentie en koersvastheid omgaat. Het lijkt alsof de PvdA structureel en cultureel zo in elkaar zit dat ze telkens weer geheel opnieuw begint, met nieuwe mensen, nieuwe ideeën, nieuwe problemen van teambuilding. Een soort kortademigheid die voortkomt uit intern wantrouwen en grote onzekerheid bij alle spelers. Anders is niet te verklaren dat het succes van voorjaar 2006 in de gemeenteraadsverkiezingen zo snel wordt vergeten en tot hoogoplopende interne conflicten leidt.

Istanbul: een brug tussen 2 werelden

Eind maart 2007 bezocht ik in het kader van de Comenius Leergangen Istanbul. Een fascinerende stad, vooral door zijn unieke, maar zeer natuurlijk ogende combinatie van Oosterse en Westerse elementen. Geert Mak had natuurlijk weer een goede neus voor wat mensen echt interesseert om het boekenweekgeschenk over de Galata brug te schrijven. Het inhoudelijk programma was vrijwel volledig gericht op de grote politieke issues van dit moment. Zoals de Armeense kwestie, die werd behandeld door de zeer controversiële professor Murat Belge. Hij leidt ons rond door bepaalde wijken van Istanbul en permanent is er een bewaker om hem heen. Tekenend voor de grote spanningen in het land en de onwelgevalligheid van zijn standpunten voor bepaalde politieke stromingen. Andere kwesties, zoals de slepende onderhandelingen over de toetreding tot de EU, de secularisering van de staat (in de maand mei ineens een grote internationale kwestie door de protesten tegen de religieus getinte APK partij) en de militaire en economische positionering van Turkije temidden van Russische sferen en het Midden Oosten maken veel duidelijk. Het bevestigt mijn mening dat Europa hier echt het verschil kan maken in de wereldwijde balance of power door veel nadrukkelijker de (verdere) aansluiting van Turkije bij Europa te bevorderen, soms wellicht tegen het 'gesundes volksempfinden van het huidig electoraat in. Dan moet daar maar, zoals bij meer Europese kwesties, meer leiderschap, lef en overtuiging op ingezet worden.

Leiderschap in de Gehandicaptenzorg

Op 20 maart 2007 hield ik, op verzoek van Nicole Edelenbos, partner bij 'mijn oude club', Boer&Croon, een inleiding bij een invitational diner voor bestuurders en toezichthouders uit de gehandicaptenzorg. Ik deed dat vanuit mijn overzicht over de ontwikkelingen in de gezondheidszorg. Ook ben ik al enige jaren betrokken bij de strategie en innovatie van een grote landelijke partij op dit terrein. Binnenkort komt daar meer van naar buiten en kan ik er hier ook wat over zeggen. Mijn stelling voor de avond luidde: 'De zachte krachten in de zorg zijn een kracht en een zorg'. Het kernprobleem voor iedere leider in de zorg is namelijk dat strategisch management en besluitvorming eigenlijk een heel andere cultuur vragen dan je op de werkvloer aantreft. Tegelijk is die werkvloer natuurlijk wel dominant aanwezig in de hele organisatie, dus ook 'bovenin'. Mijn lezing verliep aan de hand van drie 'misverstanden': Misverstand 1: 'Je kan je uit je problemen wegfuseren.' Neen, die blijven bij je en ook je fusiepartner en opvolger zal met die problemen geconfronteerd worden. Misverstand 2: 'We zijn klaar voor de concurrentie, omdat we het op papier geanalyseerd hebben en er plannen klaarliggen.' Papier is geduldig, ook voor de eigen organisatie. De werkelijke test zit in vuile handen maken en de arena betreden. Hier vergeleek ik veel hedendaags zorgmanagement met de 'eigenaar' in de Touareg reclame: pochen dat je door bergen en modder kunt rijden, maar het dan toch vooral niet doen. Misverstand 3: 'De zorg zelf hoeft niet te veranderen, concurrentie betreft de randen zoals service en bejegening.' Zodra de macht verder verschuift van aanbod naar vraag zal blijken dat klanten veel ontevredener zijn dan nu wordt verondersteld en zal blijken dat allerlei ondernemers ook in de zorg zelf nog heel veel innovatie zullen weten door te voeren. Gelukkig bleek ook die avond de bereidheid om je NIET in slaap te laten sussen, bij de deelnemers erg groot en dat geeft hoop op leiderschap en innovatie.

Visitatie Universiteiten waardevol instrument

In maart 2007 bezocht ik als lid van een officiële visitatiecommissie, ondersteund door QANU, tweemaal twee dagen de Universiteit van Twente en de VU. Object van studie waren in beide gevallen de Gezondheidswetenschappen. Ik was ervoor gevraagd op grond van mijn expertise op het gebied van management in de gezondheidszorg, als aanvulling op andere expertises bij anderen in de commissie, waaronder ook veel kennis van de biologisch-medische aspecten. Daarmee ontstond een breed samengestelde commissie met veel expertise en gezag. Erg leuk om mee te maken. Mijn motivatie om deel te nemen, lag vooral in het traject dat ik voor de sector van woningcorporaties doorloop, als voorzitter van de Auditraad, bij het ontwikkelen van een gezaghebbend stelsel van visitaties vanuit stakeholdersperspectief. Het universitaire stelsel is al 15 jaar oud en wordt ons vaak als voorbeeld voorgehouden. Er zijn grote verschillen met wat wij ontwikkelen. Het universitaire stelsel richt zich op de accreditatie van individuele opleidingen, wij richten ons op de maatschappelijke prestaties van de gehele woningcorporatie. Het universitaire stelsel heeft direct grote repercussies, namelijk stoppen van de opleiding, bij een negatief oordeel. In ons stelsel is het aan alle stakeholders te bepalen wat men met een kritisch rapport doet, om te beginnen de RvT van de betrokken woningcorporatie. En tenslotte is in het universitaire bestel het verplicht te werken met een extern samengestelde commissie (gezaghebbende 'amateurs', in de zin dat ze niet hun beroep maken van doorlichten, audits en visiteren), ondersteund door een toegelaten professionele organisatie. Terwijl wij bij de woningcorporaties alleen willen gaan voorschrijven welke expertise dient te worden ingezet, dat kan dan ook door professionals worden ingevuld. Over al dit soort leerervaringen en adviezen zal overigens dit najaar nog wel een stevig debat plaatsvinden, dan is het goed eens 'de andere kant' te hebben meegemaakt, in een zeer inspirerende commissie en een professioneel traject!

Uitbreiding Denktank, onder andere met Attilla Aytekin

Op 7 maart 2007 had ik een uitgebreide ontmoeting met Attilla Aytekin. Een succesvolle ICT- ondernemer van Turkse origine. Met beide benen in beide werelden, onder andere omdat zijn bedrijf lokaties heeft in Amsterdam en Istanbul, maar ook door zijn grote betrokkenheid bij de Turkse gemeenschap in Nederland. Een maatschappelijk betrokken ondernemer in alle opzichten, die vanuit een visionaire houding kijkt naar wat er met Nederland moet gebeuren. Dit blijkt ook uit zijn boek, 'Attilla's Dutch Dream'. En, net als ik, heeft hij als echte ondernemer voor de promotie van dit gedachtengoed een eigen Foundation opgericht, de Dutch Dream Foundation. Ik ben erg blij dat hij vanuit diezelfde betrokkenheid 'ja' heeft gezegd op mijn verzoek lid te worden van de Denktank van Public SPACE. Al met al slaag ik er de laatste maanden goed in de Denktank te vernieuwen in de richting van een meer divers gezelschap, dat beter de gehele civil society weerspiegelt. Zo zijn ook recent toegetreden Renee Bergkamp, DG op het ministerie van LNV, en Sandra Lutchman, directeur Common Purpose. Dit is natuurlijk uiteindelijk ook de legitimatie voor de pittige gedachten die de Denktank neerlegt, onder andere in haar manifest 'Naar een intelligente en verbonden overheid'.